door George Marlet
De zusters die les gaven aan de kleuterschool waren veruit in de minderheid, maar voor de parochianen wel de meest bekende, zoals Zr. Tarcisius en Zr. Margaretha Maria. Ursulinen waren binnen de parochie ook actief voor zieken en ouderen, die zij bezochten en met raad en daad terzijde stonden.
Witte villa
De komst van de Zusters van Liefde (uit de Congregatie van Tilburg) naar Rijsenburg is te danken aan de toenmalige Heer van Rijsenburg, Thomas van Rijckevorsel. Hij liet als dank voor de verpleging van zijn vrouw door een Zuster van Liefde de witte villa bouwen waarin de zusters in 1855 hun intrek namen. Zij verzorgden er ouderen, onder wie verschillende emeriti-pastoors en breidden hun werk uit met de bewaarschool en naai- en breischool. In 1898 werd langs de Rijsenburgselaan een nieuw kloostergebouw met kapel gebouwd. Dat is een eeuw later verkocht aan de stichting Philadelphia, die het klooster liet aanpassen om er mensen met een verstandelijke beperking in onder te brengen.
Klooster Zusters Ursulinen
Kleine communauteit
De laatste Ursulinen stonden toen voor de keus om Rijsenburg te verlaten of in een aangepaste vorm verder te gaan. Het besluit viel om met een kleine communauteit in de witte villa te gaan wonen. De villa werd op de begane grond voorzien van een huiskapel, eetkamer, keuken en zitkamer. In de loop der jaren verhuisden zusters die vanwege hun gevorderde leeftijd meer zorg nodig hadden naar verzorgingshuis La Providence in Grubbenvorst. In het klooster op Rijsenburg bleven daardoor zo weinig zusters over dat sluiting onvermijdelijk was. Met pijn in het hart, want de zusters bewaren goede herinneringen aan het Missiehuis en aan de parochie.
De zusters Margriet, Truus en Miriam aan de maaltijd
Helemaal verdwijnen zullen de Ursulinen niet van de Utrechtse Heuvelrug. Zuster Edith OSU, de laatste overste van het klooster, gaat in de vroegere pastorie in Austerlitz wonen om de lokale parochiegemeenschap te helpen. Vanuit Austerlitz kan Zr. Edith bovendien haar vrijwilligerswerk op de Maupertuus-school in Driebergen voortzetten.
Foto’s: George Marlet